Wanneer de theologie haar aannames bijstelt, wordt ons verweten dat we onstandvastig simpelweg de mode van de dag volgen. Dogmatisch denken komt uiteraard overal voor – maar net als de filosofie, verfijnt ook de theologie steeds haar ideeën en voorstellingen. Wanneer we in het verleden gedacht hebben dat God een factor kon zijn binnen de wetenschappelijke verklaring van de wereld, hebben we uiteindelijk aanvaard dat de hypothese van God als oorzaak voor de wetenschap niet noodzakelijk is, en hebben vervolgens ons idee van God moeten bijstellen. Vooruitgang in de wetenschap en de cultuur, motiveren ook een vooruitgang in de theologie. Maar we zien dat niet als een weerlegging van onze meest fundamentele opvattingen, maar als een uitdaging om die fundamentele opvattingen aan te scherpen en te preciseren.Peter van Velzen schreef:De gedachte dat de manier waarop de wetenschap kennis vergaard waarschijnlijk de best denkbare is, is niet noodzakelijkerwijs een dogma. Zolang ik geen methode ken die betrouwbaarder en succesvoller is, lijkt me dat een uitstekende gedachte.Demiurg schreef:Ik zou die stelling van Peter om een andere reden bestrijden. Het idee dat vrijdenkers kunnen redeneren vanuit een positie waarin ze geen aannames vooraf maken lijkt mij een vorm van naïef idealisme. Zelfs als dit theoretisch zo zou zijn, dan nog kun je niet anders dan constateren dat ook elke vrijdenker aannames heeft die lang niet altijd redelijk zijn. Dezelfde trekjes van dogmatische christenen waar bepaalde ideeën binnen het wereldbeeld dogma's zijn/worden zie je ook bij vrijdenkers. (veel vrijdenkers vervallen bijv in scientisme als dogma)(Robbert over Peter's bijdrage): Jouw volgende punt is dat vrijdenkers een voordeel hebben, namelijk dat ze niet redeneren vanuit een geloof of een aanname maar alleen vanuit een onderzoekende houding. Ik bestrijd dat. Christenen zijn tot dat vrije denken zonder aannamen - zoals ik meen dat jij dat verstaat - wel degelijk in staat.
Je hebt uiteraard gelijk, dat ook de wetenschap aannames maakt, en de vrijdenker dus evenzo. Maar deze aannames kunnen altijd ter discussie worden gesteld, en dienen altijd te worden bijgesteld dan wel veworpen als en in zoverre ze niet in overeenstemming zijn met de waarnemingen. Alhoewel een individuele wetenschapper- en ook een indivduele vrijdenker best halstarrig en dogmatisch kan denken, doet de wetenschap als discipiine dat meestal niet, en ik hoop ook dat de gezamelijke vrijdenkers dat niet doen.
vrijwel niets is absoluut zeker,
en wat er wel absoluut zeker is dat weet ik niet met zekerheid.
Is dat niet analoog aan de wetenschappelijke vooruitgang?
De vaststelling dat wij allemaal aannames hebben, mag er inderdaad niet toe leiden dat we het zomaar laten rusten. De aanname van het bestaan van God, hoop ik duidelijk te maken, is weliswaar inderdaad een aanname en in zoverre onbewijsbaar, maar ze is niet onredelijk en irrationeel en zeker niet schadelijk voor het verstand. Maar de aanname van het niet-bestaan van God is eveneens onbewijsbaar en redelijk tegelijkertijd. En niet schadelijk voor de moraal of het verstand. Theïsme en atheïsme zijn verschillende levensbeschouwingen, die beide mogelijk zijn op grond van verstandelijk menselijk inzicht in onszelf en de wereld.
Is het niet simpelweg - van de buitenkant gezien - dit: een gelovige denkt na over zichzelf in de wereld en stemt daarbij in met een oude geschreven traditie en laat zich daardoor motiveren en inspireren. Cum assensu cogitare - denken met instemming/aanvaarding - Wetenschap en cultuur blijven daarbij een rol spelen. En voor een vrijdenker is die wetenschap en cultuur genoeg. Hij zoekt geen aansluiting bij een historische traditie maar alleen bij de huidige stand van de wetenschap. "Sine assensu cogitare." Is dat zo aanvaardbaar?