Jeroen° schreef:Feit blijft dat de stellingen/aannames dat God wel bestaat, en dat hij niet bestaat op hetzelfde niveau beschikking hebben tot argumenten.
Argumenten hebben is niet hetzelfde als bewijs leveren. Zo kan ik het volgende, volledig valide, argument formuleren:
1. Als sommige aardbeien rood zijn, ben ik een baviaan.
2. Sommige aardbeien zijn rood.
3. Ik ben een baviaan.
Logisch gezien klopt dit argument als een bus. Het probleem is alleen, dat de eerste premisse niet bewijsbaar is. Met alleen filosofische bespiegelingen kom je niet ver. Je zult dus met meer moeten komen dan alleen navelstaren om aan te tonen dat je argumenten betrekking hebben op de werkelijkheid.
Uiteraard stelt Ockhams scheermes dat overbodige onderdelen van een theorie weggedaan moeten worden. Ockhams scheermes komt echter pas om de hoek kijken als er sprake is van gelijke verklarende kracht. De verklarende kracht van zowel het wél als het niet bestaan van God staat echter sterk ter discussie en is ook niet vergelijkbaar zoals dat bij natuurwetenschappen is.
Die laatste zin is een woordsalade. Wat wil je ermee zeggen?
Daarnaast is het onlogisch, en naar mijn idee ook onverstandig om compleet geen rekening te houden met hetgeen formeel niet geweten kan worden.
¿Que? Geef eens een voorbeeld, anders dan God, van iets dat 'formeel niet geweten kan worden'? En als God onkenbaar is, hoe weet je dan dat hij iets is dat 'formeel niet geweten kan worden'? Hoe distilleer je een kenbare eigenschap uit een onkenbare entiteit? Does not compute.
Zo zijn er uit mijn vakgebied bijvoorbeeld onderzoeken die aantonen dat te veel steunen op formele risicoanalyse onderdoet voor intuïtie omdat men alleen hetgene meeneemt wat in een model te passen is en daarbij het feitelijk onkenbare negeert.
Intuïtieve ingevingen leiden echter ook lang niet altijd tot de juiste keuzes. Bovendien is er geen aanleiding om aan te nemen dat intuïtie bij uitstek een middel is dat naar God leidt.
Uiteraard gaat dit over dingen die men niet kan weten, maar wel zou kunnen weten. Maar ik denk dat de illustratie blijft staan. Bovendien is het niet zo dat de vraag of God bestaat compleet ons verstand te boven gaat.
En daarnet was God nog onkenbaar. Wat is het nu? Bovendien is filosoferen over de vraag of God bestaat alleen in enige mate zinvol als we over een definitie van God beschikken. Wat is God?
Aangaande het eindeloze alternatievenprobleem, onderscheid in kennis en middelen om tot kennis te komen.
Het beweren, dat het bestaan van God een optie is waarmee rekening gehouden dient te worden, zou het probleem oproepen dat we dan met eindeloos veel alternatieven rekening moeten houden. Natuurlijk moeten we dat ook.
Nee, dat moeten we niet. Wat ik hiermee bedoelde te zeggen was dat áls we het bestaan van God zouden
moeten overwegen (wat geenszins het geval is), alleen omdat we God niet kunnen uitsluiten, we ook een oneindige reeks aan alternatieven in ogenschouw moeten nemen. In tegenstelling tot wat jij beweert, is er echter geen moreel imperatief om God als mogelijkheid te overwegen. Drogreden:
special pleading.
Ik heb geprobeerd te benadrukken dat objectieve kennis over het bestaan van God onmogelijk is. Dat is echter maar een halve waarheid. Kennis die echt dienst kan doen als fundament waarop wij kunnen voortbouwen is zeldzaam, en er kan zelfs betoogd worden dat die er compleet niet is. Daarom doet de wetenschap een aantal fundamentele aannames. Dan hebben we iets om op voort te bouwen. De aanname dat God niet bestaat is inherent aan de empirische wetenschap, en die doe ik ook als ik wetenschap bedrijf.
Sorry, maar dit is echt complete nonsens. Dit is net zo min een overweging voor wetenschappers als dat ze tijdens hun werk stilstaan bij de gedachte dat kabouters, elfjes of eenhoorns niet bestaan. Het speelt simpelweg geen enkele rol.
Filosofische beschouwingen over of God bieden echter meer perspectieven. Zoals doctorwho al zei kan men prima de logica op het geloof loslaten. Volgens docterwho slaagt het geloof niet voor die test, maar ik meen dat mijn bijbelvaste geloof wel slaagt.
Op grond van...?
Daarnaast kan men uit intuïtie aannames afleiden m.b.t. zingeving die van vergelijkbaar karakter zijn als die waar de wetenschap op gestoeld is. Men zou de eigenschap van mensen dat zij niet kunnen handelen zonder daarbij in termen van zingeving te denken op kunnen vatten als een a priori vorm van kennis.
Woordsalade.
Daarnaast mag men best ook kijken of een hypothese, die in het domein van de empirische wetenschap speculatief genoemd kan worden, op het gebied van zingeving wél verklarende kracht heeft.
Dat is inderdaad niet verboden, maar waarom zou iemand dat doen? Wat is er zo belangrijk aan zingeving? En wat heeft zingeving met God te maken?
En áls dit zo is, dan pleit dat zeker voor de hypothese. Men kan zelfs falsificeren, wat op dit forum ook wordt gedaan door Fish, m.b.v. historisch onderzoek. De juiste volgorde is echter, eerst de toegevoegde waarde van een theorie aannemelijk maken, en vervolgens proberen te falsificeren. Anders kan men niet wegen wanneer iets voldoende gefalsificeerd is.
Met andere woorden: je hebt niets. In deze hele post staat geen enkel valide argument om het bestaan van God op z'n minst te
overwegen.