Wendy schreef:Titel: De ondergang van het Atheïsme
Op komst en verval van het ongeloof in de moderne wereld
Auteur: MCGRATH, A.
ISBN: 9025956459
Jaar:??
http://www.verwijs.nl" onclick="window.open(this.href);return false;
Toevallig zag ik vanmiddag bij Verwijs dit boek liggen. Heeft iemand dit gelezen? In alle haast ben ik namelijk ook vergeten te kijken in welk jaar dit uitgegeven is. Is dit een nieuw boek?
Groet, Wendy
Uitgegeven in 2004.
Ik las de Finse vertaling van dit boek vorig jaar, het lag voor €6 in de opruiming hier! Het sprak me meteen aan, omdat dit een voormalig atheïst is die het christelijk geloof is gaan aanhangen, terwijl ikzelf precies de tegengestelde weg aan het belopen ben: lange tijd christen geweest, en theologie gestudeerd, maar met de opkomst van het religieuze fundamentalisme me steeds minder in het christelijke geloof thuisvoelend, en er na een lang proces volledig uitgestapt (zie
http://www.kolumbus.fi/volwassengeloof/" onclick="window.open(this.href);return false;).
Een basisgedachte van McGrath, waarin ik mezelf nog steeds herken is de uitspraak "Het is een feit dat de mens een soort ingebouwd verlangen heeft dat door niets in deze wereld kan worden bevredigd. De vraag is dan: betreft het hier een nevenproduct van de evolutie, of zijn we voorbestemd om te verlangen naar iets dat voorbij deze wereld ligt? Is dat verlangen een wegwijzer naar datgene wat ons overstijgt?" Omdat ik van huis uit religieus ben geweest dwingt
mijn intellectuele eerlijkheid mij ertoe zover mogelijk antwoorden te gaan zoeken
buiten de religie, terwijl McGrath dat gevoel beantwoordde door juist het religieuze in zijn leven eens serieus te nemen. Voor zover ik het leven begrijp is dit een gezonde manier van leven. Een wijs mens zal zich nooit gaan verschansen in dogmatisch denken, maar altijd verder blijven zwemmen naar onbekende bestemmingen. Onderweg zul je je af en toe ergens geestelijk thuisvoelen, en dat moet men elkaar gunnen.
Het boek kon mij toch niet echt inspireren, hoewel ik mijn best ervoor deed. Het heeft twee delen, 190 bladzijden met een beschrijving van de geschiedenis van het atheïsme vanaf de 18e eeuw (geen woord over Spinoza!), en 110 bladzijden over de neergang van het atheïsme, ondergedeeld in herleving van het religieuze geloof (20 bladzijden), de verschraling van het leven zonder 'het heilige', ook in het starre en kille protestantse religieuze denken, een analyse van postmodern denken, een paar voorbeelden van hoe atheïsme een soort tieneropstand was tegen beknotting, en tenslotte hoe atheïstische organisaties zelf verworden zijn tot starre bastions van dogmatiek, zonder bezielende visie.
Wat de beschrijving van drie eeuwen geschiedenis betreft, krijgt men in een vogelvlucht een idee van een stel belangrijke figuren, met af en toe een scherpe ontleding (de ontleding van Camus sprak me erg aan). Maar vier bladzijden Voltaire, drie bladzijden de Sade, Feuerbach 10 bladzijden, Marx 7 bladzijden, 30 bladzijden over het opkomende atheïsme in Victoriaans Britannië, Nietzsche zes bladzijden waard, Camus vier, God-is-dood theologie vier bladzijden; allemaal veel te kort om echt tot een dieper begrip te komen van het denken van deze grote denkers. Bovendien gaat de (overigens lichte)kritiek op deze figuren (men zou het wellicht beter 'kanttekeningen' kunnen noemen) vaak via oude en versleten paden, die voor déze eeuw bijzonder eenzijdig klinken -hoezeer er best een kern van waarheid in kan schuilen : Feuerbach stelt dat de mens God schept, omdat de mens daar behoefte aan heeft, maar hiertegen kan men de theorie opwerpen dat atheïsme een waandenken is, voortkomend uit de menselijke behoefte autonoom te worden, opstandig te zijn; Freuds denken over 'God de Vader' kan worden herleid tot zijn eigen vader; Nietzsches denken leidde tot Nazisme en absurde vergoddelijking van het menszijn; nihilisme/atheïsme leidde tot verloedering van maatschappij en van daaruit naar Totalitarisme.
Deel 1 vond ik toch interessant. De teleurstelling voor mij kwam pas in het tweede deel. Ik wilde namelijk weten wat het nu is dat een atheïst tot christen maakt. In het interview staat: "En ik ontdekte dat het christendom een veel grotere intellectuele robuustheid en spirituele vitaliteit heeft dan ik mij ooit had gerealiseerd. " Ik mis dit echter volkomen in het boek. Sterker nog, veel in het tweede deel is een kritiek op modern christelijk geloof: moderne theologie heeft zichzelf belachelijk gemaakt, de religieuze beleving is in de grote protestantse stromingen ver te zoeken. Vervolgens ziet hij de opkomst van pinkstergemeenten overal over de wereld (volgens hem zijn er nu wereldwijd zo'n half miljard charismatische christenen) als een positief iets, iets wat ikzelf juist altijd als een teruggaan naar de bijgelovige middeleeuwen heb ervaren. Indien het christendom over pakweg dertig jaar alleen nog maar charismatisch christendom is, en de dominees en evangelisten uit Brazilië en Afrika komen, dan zal het volledig geïsoleerd zijn en buiten de westerse maatschappij staan die op wetenschap en rede gebouwd is; een gesprek tussen atheïsten en christenen is dan niet meer mogelijk.
Iets anders wat ik een groot mankement vond is dat het boek een soort wereld aanbiedt waarin er maar twee keuzes bestaan: atheïsme of christelijk geloof. In werkelijkheid willen de meeste mensen niet in het ene of andere hokje worden neergezet. De toekomst is juist een hutspot van honderden soorten 'geloof' en 'ongeloof', die de mens in zijn leven dan weer eens aan- dan weer uittrekt, alsof het om kleren gaat. Dát zou volgens mij eerder een doodsteek kunnen zijn voor zowel dogmatisch atheïsme als christendom.
Maar het boek is uiteindelijk toch niet een loftrompet voor het christelijk geloof en een felle afwijzing van het atheïsme. De schrijver streeft toch naar enige objectiviteit en probeert wat goede punten te vinden die het atheïsme de wereld gebracht heeft en volgens hem de moeite van het overdenken waard zijn.
Ik heb na het lezen ervan vaak gedacht over zijn basisgedachte: volgens hem neemt religiositeit in deze tijd toe. Ik heb zelf meer het idee dat de traditionele geloven op sterven na dood zijn en
daarom de laatste aanhangers steeds radikaler worden. Het fundamentalisme is strijdvaardig, fel, omdat ze aan het wegkwijnen is, in een
overlevingsstrijd gewikkeld is. Vandaar dat we er zoveel over horen. Maar veel schreeuwen is niet hetzelfde als groeiende zijn. Op dezelfde manier is atheïsme tegenwoordig veel rustiger dan vroeger omdat er geen strijd meer geleverd hoeft te worden tegen een allesoverheersende godsdienstdraak. Zoals iemand op het Fokforum schreef: Over christenen maak ik me net zo druk als wanneer ik een groep mensen zou tegenkomen die in Paulus de Boskabouter geloven. Godsdienst is in grote delen van Europa al lang een randverschijnsel en een privézaak geworden.
Of zijn McGrath's en mijn conclusies daarom tegengesteld aan elkaar omdat we
zelf de ene of de andere kant opgelopen zijn in ons leven en denken dat de rest
onze kant opgaat? Ik merk uit het interview op dat McGrath zichzelf niet totaal serieus neemt; als ik wat van hem zou willen leren, zou het dit zijn.