Job schreef:Welnu, dan verder inhoudelijk:
De beginwoorden verwijzen naar de inhoud. Dat is bij de overige boeken van de Tora ook zo.
Bijv. Genesis heet oorspronkelijk "Bèresjiet",dat betekent "In den beginne".
Zo is het boek "De Heer roept" de kern van de zaak. En deze staat in het midden van de Tora.
Waar gaat het dus om? Om de roeping van de Heer. 'Roepen' is een veelvoorkomend woord in de Bijbel.
Degene die roept is de Heer. En degene die wordt 'geroepen' krijgt luid en duidelijk te horen van de Heer wat
hij moet gaan doen. In dit boek 'Waijkra" krijgen de Israëlieten via Mozes te horen van God wat zij moeten gaan doen.
Want roepen betekent: tot je bestemming komen. Geroepen betekent; je levensprogramma te horen krjjgen.
Te horen krijgen welke weg je moet inslaan in je leven. Te horen krijgen wat jij voor een mens moet zijn en waar je voor bestemd bent in je leven.
Elk woord is in de Tora een uitnodiging om te doen (Dabar). Niet zomaar wat doen, maar om je naam als mens inhoud te geven: om te worden waartoe je als mens bestemd bent. Je moet als mens worden waartoe je bent geschapen.
In Waijkra wordt Mozes geroepen. Hij wordt bestemd door God om het volk te zeggen wat de bedoelingen van de Heer zijn: wat de roeping van dit volk is.
Waar ben je precies inhoudelijk gegaan job? Want ik lees alleen maar nietszeggende woorden die je in een poging het op een zin te laten lijken achter elkaar hebt gezet. Nergens lees ik iets over Leviticus en de dierenoffers die hier gevraagd worden. Over die andere verhalen maar te zwijgen. Zoals David die zondigde maar het hele volk hiervoor liet betalen met de pest. De Heere die even naar beneden komt om te kijken bij de toren van Babel. God die wandelde met Adam door de tuin. Mensen die in opdracht van de Heere naar beneden gegooid worden omdat ze verkeerde goden dienden. Dienaren van andere goden die in hun buik gestoken worden en zo dood bloeden. Je beweert dus dat elk woord iets betekent maar als je de verhalen leest zoals ze geschreven zijn dan snap je best duidelijk dat niet elk woord iets betekent.
Je wordt niet door zomaar iemand geroepen, maar de iemand die de naam JHWH verdient.
JHWH gaf de naam aan zichzelf. Dit heeft niks met verdienen te maken.
In de Schrift krijg je een naam die je verdient om wat je zegt en doet. Zeggen en doen horen onlosmakelijk bij elkaar in de Bijbel.
De NAAM JHWH betekent; 'Ik ben er voor jou'
De gehele Tora draait om deze NAAM.
De naam JHWH betekent "ik ben die ik ben". Dat is wat anders. En zijn woorden spreken niet uit "ik ben er voor jou" maar "jij bent er voor mij, en anders heb ik niks aan jou en zal ik jou laten doden".
Als de Tora de Naam JHWH bekend wil maken, dan worden de woorden en daden (Dabar) van de Heer bekend gemaakt;
vertellen in verhalen wat de Heer allemaal gezegd en gedaan heeft.
Het gaat daarbij om het feit dat de mensen door deze verhalen gaan ontdekken, dat in hun eigen leven dezelfde Heer aanwezig is als in de geschiedenis van Israël.
Dus het verhaal gaat niet om de geschiedenis van Israël bekend te maken. De Tora is geen geschiedenisboek.
Deverhalen in de Tora (Leer, aanwijzing) zijn er om kennis te krijgen aan deze God: JHWH.
Jij lijkt in staat om in een zin het ene te zeggen en het een zinnetje later weer te ontkrachten. eerst praat je over de geschiedenis van Israel die ook in onze leven aanwezig is, en vervolgens beweer je dat de Tora geen geschiedenisboek is.
Tevens beweer je elders ook nog dat het een verhaal is van mensen over hun godsbeeld, en dus heeft het niks met god zelf te maken. Als dit zo is, dan heeft het ook geen zin om in de verhalen van de israelieten te zien dat god ook in jou of onze levens bezig is, aangezien we niks weten van god..
De Heer sprak tot Mozes: Spreek tot de gehele gemeenschap der Israëlieten en zeg tot hen: 'Heilig zult gij zijn, want Ik de Heer , uw God, ben heilig'.
(Vergelijk Genesis (Beresjiet) 1,26-27)
En het gaat om; 'er-zijn-voor elkaar', zoals deze God 'er-is-voor-ons' . Zo is zijn NAAM,zo maken wij naam.
De echte naam van de mens moet volgens de Tora worden; mede-mens. Want zoals deze God-met-ons-is, zo moeten de mensen-met-de-mensen-zijn. Mensen moeten mede-mensen voor elkaar zijn naar et voorbeeld van JHWH.
Geen 'tegen-mensen' van elkaar.
Haha, en dit haal je uit het godsbeeld uit de bijbel? Wat doe je dan met al die verhalen die spreken over doden en moorden omdat men een andere god aanbad? Mozes kwam de berg af, en het eerste wat hij liet doen was alle mensen doden die de gouden kalf aanbeden hadden. Gewoon lukraak moorden omdat de levieten je per ongeluk tegenkwamen. Wat mij betreft ben jij "intellectueel" oneerlijk. Met nadruk op oneerlijk. Je negeert de negatieve verhalen die in de bijbel staan, en de verhalen die positief zouden kunnen zijn benadruk je enorm. Maar die leg je wel even anders uit dan de theologen (zij die er dus voor gestudeerd hebben).
In Waijkra staat de verzoening centraal. Zie hfdst. 16; Grote Verzoendag, het scharnierpunt van dit boek.
Links daarvan (in het cultische gedeelte staat de melaatse centraal (Hfst.13) Daar draait het om 'toenaderen.'
Rechts van Hfst.16 staat 'de naaste' centraal (Hfst. 19.) Het ethische gedeelte.
Deze twee hoofdstukken staan even ver van hfst. 16. De naaste verzoend zich met de melaatse.
Je wijdt jezelf toe aan de Heer door 'onreinheid' te 'verzoenen' tot 'heiligheid'; door alles wat het leve met elkaar kapot en ellendig maakt (weer) heel en 'tof' te maken.
En je wijdt jezelf toe aan de Heer door de 'melaatse' te 'verzoenen' tot je 'naaste'. D.w.z. voor de melaatse moet jij naaste worden en jij moet jouw naaste die melaats is 'reinigen'.
Wat in de tempel gedaan wordt (offers) moet een uitdrukking zijn van wat je in je leven doet.
Weer ga je naast de punten die hier gemaakt worden. Want je "vergeet" te vertellen dat die melaatsen geheiligd worden door offeren van duiven en dan een andere duif dopen in het bloed van die ene duif die gedood is. Wat heeft dit te maken met "jij moet voor de melaatse de naaste worden"? En wat maakt het precies uit waar iets geschreven staat? Dat is het zoeken van spijkers op laag water. Enkel en alleen om er toch iets positiefs in te kunnen vinden.
Zie de Evangeliën. Zie bijv. het verhaal van de barmhartige Samaritaan.
Job
Het ene heeft niks met het andere te maken.