In zijn onnavolgbare, pakkende, soms geestige stijl richt Richard Dawkins zijn scherpzinnige pijlen op het geloof in een bovennatuurlijke god.
Ja, dat moet je Dawkins nageven: hij schrijft hartveroverend. Gewoon benijdenswaardig! Ik zou willen dat ik het ook zo kon!
Dawkins bekritiseert het godsidee in al zijn vormen, van de door seks geobsedeerde tiran van het Oude Testament tot de heel wat minzamere (maar nog altijd onlogische) ‘Grote Klokkenmaker’ van sommige verlichtingsdenkers.
Zijn dat de twee ‘uitersten’: 'seks geobsedeerde tirannen' en 'minzame maar onlogische klokkenmakers’? Of zit er nog een ‘midden’ tussen?
Hij laat geen spaan heel van de belangrijkste argumenten voor religie (het bieden van troost, het funderen van ethiek, etc.)
Wat is het bezwaar tegen het bieden van troost en het funderen van ethiek? Als dat geen 'religie' wordt genoemd, is het dan goed?
Hij laat zien hoe religie oorlog voedt, onverdraagzaamheid in de hand werkt en aanzet tot kindermishandeling.
Bij anderen voedt de religie het werken aan vrede, verdraagzaamheid, bescherming van ieder mens, ongeacht leeftijd, sekse etc en andere waardevolle activiteiten. b.v zorg voor de natuur. Ieder zijn of haar 'motieven'.
De auteur maakt overtuigend duidelijk dat geloof in God niet alleen irrationeel is, maar ook potentieel dodelijk.
Al 2000 jaar geleden schreef een weldenkende jood: ‘Heeft God de mens geschapen naar zijn beeld en gelijkenis? Neen, de mensen hebben zich goden geschapen naar
hún beeld en gelijkenis. Die goden mogen die mensen dus wel dankbaar zijn want zonder die mensen hadden die goden niet bestaan, laat staan dat ze door die mensen zouden zijn vereerd.’
Vanaf den beginne hebben mensen (gedacht te) ervaren dat zij de werkelijkheid totaal niet in hun macht hadden en hebben zij vermoed en daarna aangenomen dat er een macht achter die werkelijkheid moest zitten even groot of nog groter dan die werkelijkheid, die zij als oneindig inschatten. En vanzelfsprekend hebben zij de macht toen ‘ingevuld’, ‘vorm’ en ‘naam’ gegeven.
En, zoals het met zo goed als alle uitvindingen gaat: de uitvinding kan desastreus of nóg zo goed zijn, hij kan en zal dus altijd wel door 'sommigen' worden misbruikt. Desnoods voor de meest mensonwaardie doeleinden.
Ik ontmoet hier voortdurend mensen die ten strijde trekken tegen een of andere invulling van de term ‘god’ en daarbij kiezen zij altijd voor de in hun ogen foute en afkeurenswaardige invullingen. Doorgaans hebben ze nog gelijk ook. Krijgen ze van mij gelijk, bedoel ik.

Ik ben meer van de stijl van iemand als Robbert Dijkgraaf die zei: “Wij bestuderen de
natuur (niet een z.g. bovennatuur want die valt, áls hij al bestaat, buiten ons gezichtsveld). Wij zoeken de rationele verklaringen voor wat we waarnemen, blijkbaar aannemend dat er achter de verschijnselen een rationele verklaring moet zitten. Wij verwachten op die manier altijd weer ‘diepere laagjes’ in die natuur. Ik denk dat er véél meer diepere laagjes zijn dan wij zelfs maar vermoeden. En telkens als we een dieper laagje hebben gevonden, vragen we ons wéér af of er niet een nóg dieper laagje is en gaan door met zoeken. Wie weet…, wie weet… is er een diepste laagje dat we nooit zullen bereiken en, áls we het hebben bereikt, dat we het dan niet kunnen begrijpen. Ik ga dat laagje, wat het ook is, geen ‘god’ noemen, want dat woord is al zó verschillend ingevuld, dat het geen inhoud meer heeft, tenzij als bron van ruzie”.
Controversieel, actueel, urgent.
Zeker controversieel vandaar de al dan niet fraai geformuleerde discussies; Actueel? Meer van alle tijden, vind ik. Urgent? Er mocht – wat mij betreft - inderdaad onderhand wel eens een einde aan komen.
Eerst wil ik wel eens weten waarom mensen zich zo druk maken als mensen blijk geven van hun ongeloof in een God.
Ik zou je vraag nog mooier hebben gevonden als je
in een God (met hoofdletter!) had vervangen door
‘in een of andere god'.
Ik maak mij druk om dit soort dingen, omdat mensen proberen om mij hun geloof in een God op te dringen, omdat sommigen politiek en godsdienst niet scheiden, omdat sommigen denigrerend spreken en schrijven over ongelovigen, omdat sommige gelovigen doen alsof ik, ongelovige, geestelijk gestoord ben.
En… doen ‘sommigen’ niet precies het tegenovergestelde? Waarom ‘sommigen’ uitkiezen en dan altijd degenen, die hun ‘overtuiging’ tóch niet ‘verstandelijk’ zullen laten ombuigen?
Groeten.
Fons.
Een theoloog die naar exactheid streeft, heeft de eerste stap gezet naar het atheïsme. Een atheïst is geen naïeveling, maar iemand die god nauwkeurig 'kent', voor wie dus veel zo niet alle godsvoorstellingen hun betekenis hebben verloren.